150 jaar gastvrij
Al meer dan 150 jaar bouwen verschillende generaties “Valken” aan ons familiebedrijf. Toen Nicolaas in 1862 in Voorschoten de Gouden Leeuw kocht, kon hij niet vermoeden dat dit het begin was van een imposant imperium in de Nederlandse Horecawereld.
Het was Martinus van der Valk die in 1929 de onderneming van zijn vader overnam en het groot maakte. Door hun harde werk en gastvrije en huiselijke aanpak werd hun eigen zaak een succes.
Iedereen kent natuurlijk wel ons “toekan” logo, het onmiskenbare beeld van Van der Valk, met als broedplaats; het dak van Avifauna. Rond 1956 is de familie al een tijdje op zoek naar een bruikbaar beeld als symbool. Natuurlijk werd er óók gedacht aan een Valk, maar zo net na de oorlog was dat niet zo’n goed idee.
In de jaren na de tweede wereldoorlog bouwden zij samen met hun 11 kinderen een aantal restaurants. Voor elk kind een eigen zaak, zo had Martinus het bedacht. Hun instelling en ondernemersgeest is tot op de dag van vandaag een voorbeeld. voor de nieuwe generatie “Valken”.
De derde generatie
Met de komst van de derde generatie werd het bedrijf verder op- en uitgebouwd. Gerrit van der Valk opende in Nuland het eerste grote motel van Nederland. Hij had in Amerika voor het eerst een motel gezien en was er van overtuigd dat dit concept, waarbij je je auto voor je eigen hotel¬kamer kon parkeren, ook in Nederland zou kunnen werken.
In 1968 is het motel in Nuland geopend, dit was het eerste hotel dat door de familie werd ontworpen en gebouwd. Daarvoor waren het altijd panden die verbouwd werden.
Volgende generatie
Inmiddels zijn we sinds de start al weer ruim honderd jaar verder. Vele vestigingen zijn erbij gekomen in Nederland, maar ook in Duitsland, België, Frankrijk, Spanje en op de Nederlandse Antillen. De volgende generatie is het roer al aan het overnemen. Verplicht de horeca ingaan is er niet bij, maar er zijn maar weinig familieleden die zo’n unieke kans om mee te bouwen aan zo’n bijzonder bedrijf aan zich voorbij laten gaan. We bouwen met elkaar aan steeds mooiere en betere bedrijven, zodat we die weer kunnen doorgeven aan de volgende generatie. Precies zoals Martinus dat ooit gewild heeft.
